Het zijn bijzondere mensen. Ik heb er veel ontmoet de afgelopen 1,5 jaar. Ze zien er heel verschillend uit maar wat mij opvalt is dat ze toch allemaal eenzelfde soort blik hebben. Hun ernstig onderzoekende ogen lijken dwars door je heen te kijken en ze plaatsen je in een mal.
In mallen zit ik niet graag. Maar andersom doe ik dat ook. Ik vergelijk ze met onze oude klassieke dorpsarts in een mix van alertheid, nieuwsgierigheid en ontzag.
Onze arts van toen, die dag en nacht klaar stond voor zijn patiënten, doe-het -zelver, en niet snel doorverwees, had geen rem. In zijn achtertuin had hij een gigantische voliere laten bouwen die vol zat met kaketoes, papegaaien en andere exotische dieren. Zeg maar een deel van het tropisch regenwoud. In de Pleisterplaats, zijn huis met praktijk, hielt hij ook dieren. Een enorm aquarium vol vissen. Zijn vrouw en zonen. Ik speel graag met een van hen. Han. Hij zit bij mij in de klas en is ook wat ongeremd. "Met jou heb ik nooit ruzie" , zei hij eens. Thuis vechten de zonen vaak met elkaar maar buiten de deur is het altijd ëén front. Zit je aan hem dan zit je aan mij.
Als Han op TV een aflevering kijkt over Batman wordt die onmiddelijk nagespeeld. Wij hebben geen televisie dus loop ik altijd achter de feiten aan en ben ook niet op mijn hoede. Op een dag springt Han als Zorro van een dak op mijn nek. Ik schrik mij het zuur. Toen had ik wel ruzie - maar die wordt snel bijgelegd en blijf bij hem thuis spelen want er was altijd iets te beleven. Dat trok meer.
Dit keer had hij sets rode bokshandschoenen gekregen. Die worden onmiddellijk op mij uitgetest en nadat ik alle hoeken van de kamer heb gezien, mij dapper verweer en suf ben geworden, neemt hij mij mee de trap op naar een geheimzinnige plek op zolder. Daar is een kastdeur die hij met een grijns en een theatraal gebaar open doet. Er komt een walm op mij af die ik van dierentuinen herken. Achter de deur zitten dikke tralies en daarachter in het half donker zit een zwart monster ons aan te kijken met ernstig onderzoekende ogen.
Plotseling springt het beest op, als een duvel uit een doosje, ontbloot zijn tanden, gromt, wordt wild en rammelt aan de tralies. Ik schrik enorm. Mijn hart bonkt in mijn keel.
Er blijkt een chimpansee in een soort werkkast opgesloten te zitten die alleen de dokter baas kan. Het is zijn nieuwste aanwinst.
Reacties